De Surinaamse jungle is een schatkamer van medicinale planten waarvan het effect wetenschappelijk vaststaat. Hoe ze precies werken weten alleen medicijnmannen. Naar die kennis speurt de farmaceutische industrie het oerwoud af. Suriname telt minstens zesduizend medicinale planten. De meeste zijn reeds geregistreerd bij het herbarium van de universiteit in Paramaribo. Het is bescheiden begin van wat kan uitgroeien tot een gigantische nationale industrie. Het besef groeit dat deze geneeskrachtige planten een waardevolle aanvulling kunnen zijn op de westerse geneeskunde. En dus neemt de belangstelling toe. Niet alleen van patiënten, maar ook van de medisch-wetenschappelijke wereld.
De Inheemsen, Marrons, en andere groepen van de samenleving hebben die kennis door de eeuwen heen weten op te bouwen. In sommige gevallen is er zelfs sprake van unieke kennis. De bewoners van de vaak afgelegen gebieden hebben meer vertrouwen in hun eigen traditionele medicijnen uit de natuur. Bovendien zijn er geen verzorgers of apotheken in die gebieden en moeten de mensen voor een medische behandeling helemaal naar Paramaribo.
Men denkt dat er ongeveer 245 soorten medicinale planten worden verhandeld, die jaarlijks een marktwaarde van ongeveer 1 miljoen US dollar vertegenwoordigen. Per jaar wordt 55 duizend kilo kruiden geëxporteerd naar Nederland, sommige kruiden komen diep uit het bos, maar de meeste planten groeien als onkruid rondom Paramaribo. Al decennialang bestudeert het Nationaal Herbarium in nederland, samen met het Nationaal Herbarium van de Anton de Kom Universiteit in Paramaribo, de flora van Suriname en inmiddels liggen zo’n 50.000 gedroogde exemplaren in Utrecht opgeslagen.
Er zijn verschillende medicijnmannen in Suriname, onder marrons, en ook onder indianen, Hindoestanen en Javanen. Ze hebben allemaal hun eigen planten, medicijnen en specialisme: van botziekten tot onvruchtbaarheid, van potentieklachten tot vrouwenkwalen. De marrons zijn meester in het mixen van kruiden voor het genezen van de meest ingewikkelde bot- en gewrichtsziekten. De kookpot van de medicijnman pruttelende vol met kruiden hij vertelt dat de exacte hoeveelheid van de afzonderlijke ingrediënten heel nauw luisterde. De ene plant heeft effect op de botgroei, een andere doet een schadelijke bijwerking teniet, en weer een andere zorgt voor het transport van de werkzame stof.
Voor die kostbare kennis komt steeds meer belangstelling van westerse bedrijven. Zo doet het Amazon Conservation Team onderzoek naar geneeskrachtige planten in Suriname. Het Noord-Amerikaanse ACT probeert volgens hun mission statement, samen met de inheemse bevolking de biodiversiteit in tropisch Zuid-Amerika te onderzoeken én te behouden. Het gebeurt lang niet altijd dat de verdiensten daarvan terugvloeien naar de gemeenschap waar de plantenkennis vandaan komt. Ook grote Noord-Amerikaanse farmaceutische bedrijf Bristol-Myers-Squibb en de Organisaties als het World Wildlife Fund en Conservation International doen vergelijkbaar onderzoek en proberen de inheemse kennis vast te leggen. Maar iedereen lijkt angstvallig op zijn eentje te werken.
De natuur is de bron van alle geneesmiddelen. Denk aan morfine (uit papaver) en aan aspirine (uit wilgenbast). In één plant zitten duizenden stoffen. Slechts een klein deel van de geneeskrachtige planten is onderzocht op hun medicinale effect, dat sterk afhankelijk is van de toegepaste hoeveelheid. Een beetje meer en de stof werkt als gif. Wat indianen vroeger in hun pijlen deden, gebruiken anesthesisten nu in een kleinere hoeveelheid.
De farmaceutische industrie probeert niet alleen de werkzame chemische stoffen van een plant te ontrafelen, maar geneeskrachtige planten ook genetisch te manipuleren, als het synthetisch vervaardigen van een plantaardige stof te moeilijk of te kostbaar is. Of als voor het genezen van één patiënt zes bomen nodig zijn. Dan kunnen via mutaties de werkzame stoffen snel worden vermeerderd. Dat gebeurt met taxol, een werkzame stof tegen borstkanker die in de taxusboom zit. Ook een maagdenpalmsoort uit Madagascar, waarvan in de jaren tachtig werd ontdekt dat deze plant twee zeer effectieve stoffen produceert tegen kinderleukemie en de ziekte van Hodgkin, wordt in gemuteerde vorm in Texas verbouwd (onzeWereld Media september 2007).